Je bent als ouder, de erfgenaam van je kind als die zelf geen erfgenamen in de eerste graad had, dus geen kinderen of een echtgenoot. Je kind moet ook geen testament hebben gemaakt, waarin hij andere erfgenamen aanwees. In dat geval ben je erfgenaam, samen met de andere ouder en de broers en zussen van je overleden kind.
Geen testament
Is er geen testament, dan zijn de bloedverwanten de erfgenamen. Bloedverwanten zijn bijvoorbeeld kinderen, ouders, broers en zussen.
Wel partner en/of kinderen
Heeft je kind een partner en/of kinderen, dan erven de echtgenoot of geregistreerd partner en de kinderen. Kleinkinderen erven als moeder of vader al is overleden. De kleinkinderen komen dan in de plaats van hun overleden ouder. Dit heet plaatsvervulling.
Erfdeel ouders
Jullie zijn erfgenaam en erven ieder apart 1/4e deel van de erfenis. Is een van de ouders overleden, dan erft de overgebleven ouder nog steeds 1/4e deel van de erfenis. De rest wordt verdeeld over de broers en zussen.
Voorbeeld: de erfenis bedraagt 100.000,–. Jullie (de ouders) leven beiden nog. Je hebt nog een zoon en twee dochters. Er zijn dus 5 erfgenamen. Je erft allebei 1/4e deel dus 25.000,–. De zoon en twee dochters erven gelijk verdeeld de rest, dus ieder 16.666,–
Erfdeel broers en zussen
Jullie zijn erfgenaam en erven gelijk verdeeld dat wat overblijft nadat het erfdeel voor de ouders is berekend.
Het erfdeel halfbroer of halfzus is net even anders. Jullie zijn erfgenamen, maar erven de helft van wat je zou erven als het je hele broer of zus was geweest.
Belasting
In Nederland ben je erfbelasting verschuldigd over een erfenis die je ontvangt. Er zijn vrijstellingen waarover je geen belasting hoeft te betalen. Je betaalt dus belasting over het bedrag dat boven die vrijstelling uitkomt. De vrijstellingen zijn verschillend en hebben te maken met de verhouding die je had tot de overledene. Ouders, broers en zussen betalen over de erfenis een hogere belastingheffing.