Wanneer te goeder trouw voor verkrijgende verjaring?

Wanneer te goeder trouw voor verkrijgende verjaring?

Home » Wanneer te goeder trouw voor verkrijgende verjaring?
8.5
Wanneer ben ik te goeder trouw voor verkrijgende verjaring?

Je bent te goeder trouw als je denkt dat jij eigenaar bent en dat ook mocht denken. Je moet jezelf objectief als eigenaar kunnen beschouwen. Ook andere moeten (kunnen) veronderstellen dat jij de eigenaar bent.
Je bent niet te goeder trouw (te kwader trouw) als je weet of behoort te weten dat je geen eigenaar bent.

Te goeder trouw voor verkrijgende verjaring

groen strook

Je koopt van iemand een perceel met een recht van overpad op het perceel van de buurman. De notaris schrijft de leveringsakte in bij het kadaster, maar het recht van overpad is niet in die akte opgenomen. Hierdoor ben je eigenlijk geen eigenaar geworden van het recht van overpad. Toch kan je na verloop van tijd daarvan alsnog eigenaar worden. Dat heet verkrijgende verjaring. De wet stelt een paar eisen aan verkrijgende verjaring. Zo moet je het goed (bijvoorbeeld het recht van overpad) tien jaar onafgebroken bezitten. Ook moet je te goeder trouw zijn.

Wat is te goeder trouw

Je bent een bezitter te goeder trouw als je denkt dat je eigenaar bent en je dat ook mocht denken. Dat laatste betekent dat je jezelf objectief als eigenaar mag beschouwen. Niet alleen jij, maar ook anderen moeten (kunnen) veronderstellen dat jij de eigenaar bent. Je bent in ieder geval niet te goeder trouw als je weet of behoort te weten dat je geen eigenaar bent. Dat is bijvoorbeeld als je een stuk gemeentegrond in bezit neemt.

Bij de verkrijging van registergoederen zoals een perceel of woning gelden strenge eisen voor goede trouw. Bij de aankoop van die goederen is (als er iets mis is) goeder trouw eigenlijk niet mogelijk. Je bent al niet te goeder trouw als je het Kadaster niet hebt geraadpleegd bij de aankoop en je door te kijken in het Kadaster kon weten dat de grond niet van de verkoper, maar bijvoorbeeld van de gemeente was. Ook doet de notaris vóór de aankoop onderzoek in het Kadaster. De notaris heeft een rechercheplicht of onderzoeksplicht. Daarbij wordt gecontroleerd of de verkoper echt de eigenaar is en of het perceel ook de omvang heeft zoals wordt opgegeven door de verkoper. Dit voorkomt problemen na de aankoop. Ben je niet te goeder trouw, dan noem je dat oneigenlijk gebruik.

Voorbeeld

In het geval van de aankoop van een recht van overpad dat niet door de notaris is ingeschreven kan je soms wel te goeder trouw zijn. Je mag ervan uitgaan dat de notaris het recht van overpad zal inschrijven in het Kadaster. Als je vervolgens tien jaar dat recht van overpad hebt uitgeoefend, kan je door verkrijgende verjaring alsnog eigenaar worden. Je hebt dan een akte van verkrijgende verjaring nodig.

Voor eens en altijd

Overigens geldt dat als je eenmaal te goeder trouw bent, je dan ook te goeder trouw blijft. De verjaring begint te lopen op het moment dat je te goeder trouw bent. Als je niet te goeder trouw bent dan geldt een verjaringstermijn van twintig jaar. Zie ook verjaring.

    Heeft onze uitleg je verder geholpen?

    Lees meer over Verkrijgende verjaring